Van goede bedoeling naar passende benadering

Inzichten uit kwalitatief onderzoek naar proactieve dienstverlening

Mede door verdergaande digitalisering kunnen publieke dienstverleners vanuit beschikbare persoonsdata vroegtijdig (dreigende) problematiek bij burgers signaleren. Dit biedt hen gelegenheid om burgers proactief een helpende hand te reiken om zodoende burgerwelzijn te bewaren of verhogen, bijvoorbeeld door schulden voor te zijn. Maar in hoeverre zitten burgers daarop te wachten? Staan zij hierbij gebruik van persoonlijke gegevens toe?

In het kader van het onderzoeksproject Een proactieve overheid – op weg naar dienstverlening vanuit burgerperspectief voerde de Hogeschool Utrecht afgelopen jaar 34 diepte-interviews uit met burgers die te maken hebben (gehad) met financiële zorgen. Deze tussenrapportage biedt waardevolle inzichten voor beleidsmakers, uitvoerders en professionals die willen werken aan effectieve en gewaardeerde proactieve dienstverlening

Een helpende hand? Ja, maar wel op mijn voorwaarden

De interviews laten zien dat het idee van proactieve hulpverlening door de overheid op brede steun kan rekenen: het initiatief nemen om burgers op tijd en zonder aanvraag hulp te bieden, wordt als positief ervaren. Tegelijkertijd blijkt dat de acceptatie in de praktijk afhangt van cruciale voorwaarden. Privacy, vertrouwen en het behoud van autonomie zijn voor veel mensen doorslaggevend. Zonder aandacht voor deze randvoorwaarden kan een goedbedoeld hulpaanbod al snel voelen als bemoeizucht.

Als iemand mij hulp aanbiedt zonder dat ik het gevraagd heb, heeft dat misschien een positief effect omdat ik niet zelf om hulp hoef te vragen.

Maatwerk in communicatie en aanpak

De manier waarop hulp wordt aangeboden blijkt een sleutelrol te spelen. Respondenten waarderen persoonlijke, respectvolle en duidelijke communicatie – bij voorkeur zonder oordeel. Wat daarbij opvalt: er bestaat geen universele ‘beste’ vorm van contact. De één voelt zich aangesproken door een persoonlijke brief, de ander prefereert algemene informatie via de huisarts of bushokjes. Dit onderstreept het belang van maatwerk en keuzevrijheid.

Ook timing is essentieel. Vooral tijdens ingrijpende life-events, zoals scheiding of baanverlies, staan mensen meer open voor hulp. Tegelijkertijd kan een aanbod dat te vroeg, te laat of via de verkeerde partij komt, juist weerstand oproepen.

Ik wil het gevoel hebben dat ik..., ik hou er niet zo van als mensen de regie over mijn leven hebben, of controle.

Vertrouwen vraagt geduld én daden

Een veelgenoemde drempel is het wantrouwen richting overheid en uitvoeringsorganisaties. Ervaringen uit het verleden – zoals bureaucratische rompslomp, niet nagekomen beloftes of de toeslagenaffaire – kleuren het beeld van burgers. Vertrouwen opbouwen vergt dus tijd, maar ook zichtbare verbetering in hoe hulp geboden wordt.

De manier waarop je benaderd wordt, maakt echt een verschil. Als iemand proactief contact met me opneemt en dat op een vriendelijke en empathische manier doet, dan voel ik me veel meer op mijn gemak om hulp te accepteren.

Vervolg: van inzicht naar impact

De uitkomsten van dit kwalitatieve onderzoek vormen het fundament voor een kwantitatieve survey (N=1000) die momenteel wordt uitgevoerd. Daarnaast zijn de inzichten benut in een drietal design-sprints, gericht op het ontwerpen en testen van nieuwe vormen van proactieve dienstverlening. Het doel: overheidsdienstverlening die daadwerkelijk aansluit bij de beleving, behoeften en leefwereld van burgers.

Dit onderzoek is o.a. uitgevoerd door Bas Delmee. Meer weten? Kijk op hu.nl of neem contact op met Dies Weijschedé (dies.weijschede@hu.nl).